Tekst Hester Otter

Met welke actuele thema’s is de Raad voor de Kinderbescherming vorig jaar bezig geweest? Een overzicht.

Aanpak uithuisplaatsingen kinderen toeslagenouders

De gevolgen van de Kinderopvangtoeslagenaffaire tekenden zich eind 2021 steeds duidelijker af. Een groep gedupeerde ouders van de toeslagenaffaire heeft te maken (gehad) met uithuisplaatsing van hun kinderen. Er werd een link gelegd tussen gedupeerde gezinnen en uithuisplaatsingen.

In de periode 2015-2020 zijn 1.115 kinderen van gedupeerde ouders uit huis geplaatst, bleek uit cijfers van het CBS. Op 30 december 2020 (de laatste peildatum) waren er nog 420 kinderen uithuisgeplaatst met kinderbeschermingsmaatregel.

Onderzoek

De RvdK is betrokken bij gedwongen uithuisplaatsingen van kinderen. De RvdK doet onderzoek als de gemeente, Veilig Thuis (VT) of Gecertificeerde Instellingen (GI’s) bij de RvdK een verzoek doen voor een uithuisplaatsing. De rechter besluit over de uithuisplaatsing.

Opeenstapeling van problemen

Een direct verband aantonen tussen de toeslagenaffaire en de uithuisplaatsingen van de kinderen is ingewikkeld. Want financiële problemen zijn op zichzelf geen reden voor een uithuisplaatsing.

Bij een besluit tot een uithuisplaatsing is er sprake van een onveilige situatie of ernstige ontwikkelingsbedreiging van het kind die op dat moment niet kan worden opgelost in het gezin. Dit komt vaak door een opeenstapeling van problemen.

Ketenplan

Om de getroffen gezinnen structureel te helpen, werd gekozen voor een landelijke aanpak met een stuurgroep op departementaal niveau. Met hierin de ministeries van Justitie en Veiligheid (JenV), Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Financiën, de VNG, de Belastingdienst, Jeugdzorg NL, het ondersteuningsteam Zorg voor de Jeugd en de RvdK.

Samen werd gewerkt aan een ketenplan: van het aanmelden van gezinnen bij de gemeente tot de rol van de RvdK aan het einde van de keten.

Voorbereid op piekbelasting

Bij de RvdK werd ook intern een werkgroep opgericht om goed te kunnen anticiperen op deze landelijke aanpak. Wat er mogelijk aan extra werk op de RvdK af zou komen, was eind 2021 nog niet duidelijk.

Wel werd de organisatie zo goed mogelijk voorbereid op een mogelijk piekbelasting van bijvoorbeeld toetsingen. Van het toetsen van beslissingen van GI’s bij het niet verlengen van een ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing tot toetsing bij lopende (beschermings)onderzoeken.

Ondersteunen van gedupeerde gezinnen

In december bespraken vertegenwoordigers van bijna alle locaties van de RvdK wat het ketenplan voor de organisatie betekent. En wat er binnen de organisatie verder nodig is om de gedupeerde gezinnen met uithuisgeplaatste kinderen te ondersteunen.

Streep door gezinsonderzoek interlandelijke adoptie

Een kind adopteren uit het buitenland? Minister Dekker schortte die mogelijkheid in februari 2021 op. Vanaf dat moment doet de Raad voor de Kinderbescherming ook geen nieuwe gezinsonderzoeken beginseltoestemming meer.

Eindrapport commissie

Van kinderdiefstal tot het vervalsen van documenten: In het eindrapport constateerde de Commissie Interlandelijke Adoptie (Commissie-Joustra) dat er jarenlang sprake was van ernstige misstanden.

Misstanden

De Commissie deed onderzoek naar adoptie van kinderen uit Bangladesh, Brazilië, Colombia, Indonesië en Sri Lanka in de periode 1967-1998. Maar ook vóór die periode en erna én in andere landen werden adoptiemisstanden geconstateerd.

Stopzetting

Minister Dekker besloot tot een adoptiestop. Bij het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) is de Centrale autoriteit Kinderaangelegenheden (Ca) stelselverantwoordelijk voor interlandelijke adoptie.

Rol RvdK bij buitenlandse adoptie

De RvdK onderzoekt normaal gesproken of aspirant adoptieouders geschikt zijn voor adoptie en brengt advies uit. Mede op basis van dit advies krijgen de aspirant adoptieouders een beginseltoestemming van de minister voor Rechtsbescherming. Hierin staat dat zij volgens JenV geschikt zijn om een buitenlands kind te adopteren.