Lege kantoren, afstand houden, vergaderen via Teams en coronatesten: voor iedereen was 2021 een onwerkelijk jaar. Een jaar waarin alle medewerkers desalniettemin bergen werk hebben verzet. Een paar cijfers. 18.500 beschermingsonderzoeken werden afgerond, bijna 5.000 taakstraffen gecoördineerd en de campagne ‘Word taakstrafbegeleider’ werd gelanceerd. Ondertussen sprongen collega’s met ‘burenhulp’ bij op locaties met een hoge caseload.
Grote bewondering heb ik voor de flexibiliteit en de inzet van onze medewerkers. Als RvdK bleken we in staat onze dienstverlening in stand te houden. We bléven ons focussen op onze kerntaak: het beschermen van kinderen. Ondanks dat het soms thuis ook niet meeviel. Met thuisonderwijs, quarantaines, ziekte.
Ondertussen zagen we ook een verharding in het maatschappelijke debat over de jeugdzorg. Met soms persoonlijke en rechtstreekse aanvallen op onze medewerkers. Agressie tegen collega’s accepteren we niet. Niet via e-mail, internet of sociale media. Als RvdK staan we vóór onze medewerkers.
2021 was ook het jaar waarin de scheuren in het huidige jeugdbeschermingsstelsel steeds zichtbaarder werden. Discussies vlamden op, over hoe het beter kon en ook moest. Maar hoe? Daarover verschillen de meningen nog steeds, omdat er geen makkelijke, eenduidige oplossing is. Het antwoord zou liggen in een stelselverandering: het Toekomstscenario.
Maar is een complete verbouwing van het huidige stelsel wel de oplossing? Of kunnen we beter inzetten op het beter inrichten van het stelsel? Te kijken wat naar wat goed gaat en wat beter kan? Als RvdK hebben we telkens onderstreept dat de onafhankelijke toets en het advies aan de rechtspraak over kinderbeschermingsmaatregelen een rijksverantwoordelijkheid moeten blijven. Voor een goede rechtsbescherming voor kinderen. Hier blijven we ons sterk voor maken.
Maar een goede rechtsbescherming voor kinderen is niet mogelijk zonder voldoende passend aanbod. Omdat dit nu vaak ontbreekt, blijven een kind en een gezin te lang in onzekerheid. Om gezinnen beter en vlotter te helpen, werken we als RvdK in verschillende pilots samen met ketenpartners. Korte lijnen, inhoud afstemmen en gezamenlijk beslissen wat nodig is. Zo beproeven we de praktijk en zoeken we naar slimmere oplossingen voor passende hulp. Daarover lees je meer in dit jaarbericht.
Ook zetten we stevig in op het werven van nieuwe medewerkers. Onderzoeken we de mogelijkheden om meer hybride te gaan werken. Voor een goede balans voor onze medewerkers én zodat we kinderen die aan onze zorg worden toevertrouwd, sneller kunnen helpen.
Het komende jaar willen we samen met onze ketenpartners stapje voor stapje het stelsel beter inrichten, met behoud van de kwaliteiten die we zelf in huis hebben. Want de noodzaak is glashelder: we moeten als sector alles op alles zetten om kinderen en gezinnen sneller en beter te helpen en zo het vertrouwen te herstellen.
Herke Elbers, algemeen directeur