Of het nu gaat om bedreiging, diefstal of een overval: om te voorkomen dat jongeren verder afglijden in de criminaliteit is passende jeugdhulp een vereiste. Toch is deze hulp vaak niet beschikbaar. In 2022 hield de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK) een pleidooi richting politiek, ketenpartners en samenleving voor een betere beschikbaarheid van passende jeugdhulp voor jongeren in het strafrechtelijk kader. 

Met een goede beschikbaarheid van passende hulp leren jongeren vaardigheden om uit de criminaliteit te komen én te blijven. Dit verkleint de recidive en vergroot de veiligheid in de samenleving. Ook kan de verharding van de jeugdcriminaliteit een halt worden toe geroepen.

Second-best advies

Toch ziet de RvdK steeds vaker dat deze jeugdhulp, ook wanneer deze door de rechter wordt opgelegd, niet beschikbaar is. De RvdK adviseert vanuit de deskundige en onafhankelijke positie de rechter over een bepaalde vorm van hulp voor jongeren die over de schreef zijn gegaan. Dit advies wordt door de rechter doorgaans ook meegenomen in het vonnis. Doordat de geadviseerde hulp vervolgens niet kan worden geboden, staan medewerkers van de RvdK voor het dilemma te kiezen voor een ‘second-best’ advies; hulp die wel ingekocht of snel beschikbaar is, maar die niet volledig aansluit bij wat de jongere nodig heeft.

Kort na het delict is de kans op recidive het grootst. Wanneer er lang op specialistische hulp moet worden gewacht, is de kans groot dat de jongere opnieuw in de fout gaat.

Recidive voorkomen

Sinds de Jeugdwet van 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de financiering en uitvoering van de jeugdreclassering en jeugdhulp. Deze hulp wordt door de rechter vaak opgelegd bij een vonnis of ingezet binnen het kader van de jeugdreclassering. De RvdK heeft te maken met zaken waarbij de jeugdige (te) lang moet wachten voor de door de rechter opgelegde hulp beschikbaar is. Het gaat vaak om kostbare en hoog specialistische zorg, zoals een opname in een behandelinstelling of psychotherapie voor de behandeling van agressie. Daarnaast is er in veel gevallen een lange wachtlijst voor de desbetreffende hulp. Het is juist belangrijk om kort na het plegen van het delict hulp te bieden die aansluit op het risicoprofiel van de jongere om recidive te voorkomen. Kort na het delict is de kans op recidive het grootst. Wanneer er lang op specialistische hulp moet worden gewacht, is de kans groot dat de jongere opnieuw in de fout gaat.

RvdK wil op het gebied van civiel recht en strafrecht een bijdrage leveren aan de aanpak van jeugdcriminaliteit. Om dit te bereiken deelt de organisatie vanuit zijn landelijke positie kennis en expertise. In de jeugdstrafrechtketen betekent dit het vertolken en bewaken van de pedagogische dimensie. Het pedagogische karakter van het jeugdstrafrecht is verankerd in het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) en in het Nederlandse jeugdstrafrecht.